Tijdens een zomeravondrit door het Noordhollandse Waterland is fietscierenner Karsijns slachtoffer geworden van een geslaagde grap. Karsijns had het mooie weer aangegrepen om de Pinarello van stal te halen en zette omstreeks zeven uur koers richting het noorden. Het mooie weer zorgde voor een ontspannen sfeer op en rond de weg. De campings zaten vol, de waterkant was bij tijden goed bezet en tijdens het voorbijgaan zag Karsijns nog juist een hitsige Amsterdammer de broek naar beneden trekken, klaar om zijn bevallige vriendin te bespringen.
Tijdens zijn passage door het pittoreske Monnickendam ontwaarde Karsijns in de verte al een drietal racefietsers die langs de kant stonden, waarvan één amechtig zijn kramp probeerde weg te strekken. Karsijns zette nog eens aan om een goed figuur te slaan en passeerde in ziedende vaart het drietal. Totdat op het laatste moment de oudste van het stel zijn hand opstak: Mag ik wat vragen? Karsijns, nooit te beroerd om de mede fietser uit de brand te helpen, kneep zijn remmen dicht en legde zijn fiets vol in de ankers. Met een slip kwam de Pinarello tot stilstand, waarna Karsijns gehaast omkeerde om te vernemen waarmee hij het drietal van dienst kon zijn. Grapje, zei de man. Waarop Karsijns met een glimlach zijn weg vervolgde. Het werd een mooie rit en het land lag er verder uitstekend bij.